Deze website maakt gebruik van cookies en daarmee vergelijkbare technieken om een optimale gebruikerservaring te bieden. Je kunt je voorkeuren aanpassen of meer informatie bekijken.

Deze cookies zorgen ervoor dat de website naar behoren werkt. Deze cookies kunnen niet uitgezet worden.
Deze cookies zorgen ervoor dat we het gebruik van de website kunnen meten en verbeteringen door kunnen voeren.
Deze cookies kunnen geplaatst worden door derde partijen, zoals YouTube of Vimeo.
Deze cookie stellen onze advertentiepartners in staat om doelgerichter informatie te kunnen aanbieden.

Door categorieën uit te zetten, kan het voorkomen dat gerelateerde functionaliteiten binnen de website niet langer correct werken. Het is altijd mogelijk om op een later moment de voorkeuren aan te passen. Bekijk meer informatie.

Johan Barthold Jongkind (1819-1891) is een sleutelfiguur in de schilderkunst van de 19de eeuw en pionier van het impressionisme. Hij werd geboren in Nederland, maar woonde het grootste deel van zijn leven in Frankrijk, waar hij bevriend raakte met kunstenaars als Monet, Boudin, Daubigny en Pissarro. Jongkind schilderde naast stadsgezichten vooral kust- en rivierlandschappen.

PIONIER VAN HET IMPRESSIONISME

Zijn rake observaties van de natuur en zijn directe, losse manier van schilderen waren een eyeopener voor de Franse kunstenaars. Vanuit de Hollandse, realistische traditie gaf Jongkind de aanzet tot het impressionisme in Frankrijk. Monet zei dat Jongkind hem had leren kijken: ‘Hij zorgde voor de opvoeding van mijn oog’.  Manet noemde hem ‘de vader van het moderne landschap’. Zijn werk was zeer geliefd bij het Franse publiek.

Geregeld keerde Jongkind terug naar Nederland waar hij ijsgezichten, maannachten, de havens van Rotterdam en Dordrecht en het Hollandse polderlandschap schilderde. Jongkind noemde Dordrecht ‘de mooiste stad van Nederland’ en spoorde zijn Franse vrienden aan om ook naar de schilderachtige stad af te reizen.

De tentoonstelling in het Dordrechts Museum toont schilderijen van Jongkind en van zijn Franse vrienden zoals Monet, Boudin en Daubigny, uit museale en particuliere verzamelingen in binnen- en buitenland. Een kleine selectie aquarellen laat de virtuositeit van zijn vlugge, rake penseelstreek zien. Veel van de getoonde werken zijn voor het eerst te zien in Nederland.

UNIEK

Zijn vriendschap verbond hem met schilders die wij nu aanduiden als de School van Barbizon, zoals Théodore Rousseau, Troyon en Corot; in de tweede fase van zijn verblijf in Frankrijk was hij van doorslaggevende betekenis voor Boudin en Monet. Zijn unieke talent werd onderkend door Manet en Pissarro, en de postimpressionist Signac schreef een boek over Jongkind in 1927. Hij was een realist, maar zijn realisme kwam niet van Courbet. Zijn ultieme visie was die van een impressionist, maar te onafhankelijk van geest om aan hun exposities deel te nemen. Het moet gezegd: Jongkind is uniek en zijn originaliteit is van blijvende betekenis.

Op de tentoonstelling zijn ook werken van onbekende meesters te zien zoals van Adolphe-Fëlix Cals, een van zijn meest trouwe en beste vrienden.