Jarenlang deelde Aelbert Cuyp het atelier met zijn vader, Jacob Cuyp. Ze werkten vaak samen aan schilderijen. Na de dood van zijn ouders woonde Aelbert nog een poos alleen in het huis waar hij opgroeide. Op 38-jarige leeftijd trouwde hij een rijke weduwe, Cornelia Boschman. Voor zijn inkomen was hij toen niet langer afhankelijk van zijn schilderkunst. Aelbert kreeg verschillende functies in het kerkelijke en maatschappelijke leven. Na 1650 ontwikkelde Aelbert Cuyp de landschappen waarmee hij bekend werd. Kenmerkend is het warme, zuidelijke zonlicht dat over het land valt.